Notulen  Gemeenteraad

• Binnen het personeelsbeleid van Stad en OCMW Peer worden een aantal personeelsreglementen gehanteerd:
• De rechtspositieregeling.
• Het arbeidsreglement.
• De deontologische code.
• Reglement werkingsmiddelen en voordelen alle aard.
• De huidige rechtspositieregelingen van beiden besturen werden het laatst gewijzigd op 01-10-2020.
• Ter voorbereiding van de fietslease voor personeelsleden en een aantal wettelijke wijzigingen is het opportuun om de rechtspositieregeling van Stad en OCMW Peer opnieuw bij te sturen.

Besluit van de Vlaamse Regering van 23 november 2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.

Besluit van de Vlaamse Regering van 6 september 2013 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, wat de definitieve ambtsneerlegging betreft.

Besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2016 tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, wat betreft verloven en afwezigheden;

Artikelen 10, 12, 13, 17 en 19 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 maart 2021 houdende maatregelen ten gevolge van de pandemie veroorzaakt door COVID-19 en tot wijziging van de minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies.

• Er wordt voorgesteld om volgende zaken aan te passen in de rechtspositieregeling van Stad Peer:    
  • Medewerkers kunnen in kader van de bevordering van fietsmobiliteit:
    • hun eindejaarstoelage geheel of gedeeltelijk kunnen omzetten in een budget voor fietslease;
      • deze keuze moet gemaakt worden op het moment dat er nog geen verworven recht op die eindejaarstoelage, dus voor 31-12 van elk jaar voor het volgende jaar (of drie jaren rekening houdend met de duur van de leaseperiode)
      • het resterende bedrag van de eindejaarstoelage krijgt het karakter van premie in geld. 
    • De vakantiedagen boven het minimum van 28 vakantiedagen per kalenderjaar kunnen inzetten voor het budget van fietslease;
      • deze keuze moet gemaakt worden op het moment dat er nog geen verworven recht op het verlof, dus voor 31-12 van elk jaar voor het volgende jaar (of drie jaren rekening houdend met de duur van de leaseperiode)
  • Toevoeging van de IFIC salarisschaal 11/C2 (CAT 200) voor de Begeleiders Buitenschoolse Kinderopvang.
  • Wijziging van het functieniveau van de functie Opvangverantwoordelijke en Ploegleider van C1-C3 naar C4-C5.
  • Bepaling modaliteiten kabinetspersoneel:
    • Niveau B1-B3
    • College van Burgemeester en schepenen staat in voor de selectie en evaluatie.
    • Aanstelling kan enkel voor bepaalde duur, maximum voor de periode gelijklopend met de politieke legislatuur.
  • Verduidelijking verlofstelsel publieke sector, na ingang op 01-01-2021: 
    • Uitsplitsing 20 wettelijke en 10 bijkomende dagen verwijderd. 
    • Afronding naar hoger geheel getal verwijderd.
    • Ziekenhuisopname tijdens verlof als ziekte voor statutaire medewerkers werd uitgebreid naar contractuele medewerkers.
    • Bij definitieve ambtsneerlegging worden de resterende niet opgenomen vakantiedagen uitbetaald. 
  • Het variabel gedeelte van de eindejaarstoelage wordt gewijzigd van 2,5% naar 3,6%, conform de wettelijke bepalingen.
  • Het opvangverlof in kader van pleegzorg werd aangepast naar het nieuw juridisch kader. 
  • Wijziging van het omstandigheidsverlof (klein verlet):
    • Klein verlet bij overlijden partner of kind wordt verhoogd naar 10 werkdagen, op te nemen binnen het jaar na het overlijden. 
    • Klein verlet bij overlijden pleegkind of pleegouder wordt toegevoegd.
    • Vaderschapsverlof wordt uitgebreid naar 15 werkdagen in 2022 en 20 werkdagen vanaf 2023, conform het nieuw wettelijk kader. 
  • Het onbetaald verlof als recht wordt bijgestuurd, niet enkel vermindering naar 80%, 75% of 50% maar ook andere werkvormen zijn mogelijk. 
  • Het principe van verstoringstoelage wordt verduidelijkt.
  • Een kleine praktische correctie in het systeem van opvolging/feedback/evaluatie wordt doorgevoerd. 
• Deze wijzigingen in de rechtspositieregeling werden op maandag 05-09-2022 voorgelegd aan de vakbondsorganisaties.
• Oorspronkelijk werd ook vooropgesteld om paragraaf 4 van artikel 251 te verwijderen, waarin vermeld stond dat statutaire medewerkers die wegens langdurig ziekte hun verlof niet kunnen opnemen, dit mogen toevoegen aan het ziektekrediet. De vakbond haalde terecht aan dat er een nieuwe wetgeving op komst is die bepaalt dat medewerkers die langdurig ziek zijn en daardoor hun verlof niet kunnen opnemen in het desbetreffende jaar, dit zullen mogen overdragen naar het volgende kalenderjaar. Het wettelijk kader is nog niet definitief, en daarom werd beslist om deze paragraaf terug op te nemen, en de juridische uitwerking af te wachten en uit te voeren op het moment dat het van kracht is. 
• De ingangsdatum wordt voorzien op 01-10-2022.